VWR is ongelukkig met verdere verkaveling van oeverlanden in het Plassengebied.

In de Kijk op Reeuwijk werd een aantal recreatielandjes aan de plas Roggebroek aangeboden. Het betreft een landstrook die door erven van de vorige eigenaar werden verkocht en nu door ‘projectontwikkelaars’ te koop worden aangeboden. Tegen verkaveling en opdelen van eigendom is wettelijk niets mogelijk. Ook is het niet verboden om op je eigendom te gaan staan of zitten ofwel te recreëren. Het is een gang van zaken die al in de jaren 30 van de vorige eeuw begon, zich in de 50’er en 70’er jaren voortzette. Waarom is de VWR er niet blij mee? De recreatie rukt op van het intensief gebruikte zuidwesten naar het noordoosten, waar de natuurwaarden van de veenplassen nog enigszins in tact zijn. Beschamend is dat een ontwikkelde gebiedsvisie met maatregelen om verkaveling onaantrekkelijk te maken, een proces met inbreng van de VWR gestart in 2007, anno 2011 weer in de ijskast staat. Dat is in de eerste plaats de Raad van de toenmalige gemeente Reeuwijk aan te rekenen. Die heeft verzuimd de ontwikkelde visie slagvaardig goed te keuren. Bij de fusie Reeuwijk-Bodegraven heeft het college van B&W met instemming van de nieuwe Raad besloten één gebiedsvisie voor het gehele gebied ten zuiden van de A12 te maken. De VWR is bang dat de ontwikkelde gebiedsvisie op de Reeuwijkse Plassen daarbij ondergeschikt wordt gemaakt aan de grootscheepse recreatieve plannen van de Gemeente Bodegraven-Reeuwijk.